Boorn & Boerschop 2017-02: Kuiern met . . . . Joop. De Harmonie van Kamman

geplaatst in: Boorn & Boerschop, Publicatie | 0

Auteur: Hans Nijhof

Sinds de openstelling van de zuidelijke randweg is het een stuk drukker geworden in Borne West en het verkeer raast over het “Graes”. Maar als je de fietstunnel achter je hebt gelaten, wordt het groener en Azelo lonkt. Ik kom niet verder dan een stukje oud Borne aan de Graasweg. Joop begroet me en wijst geheimzinnig lachend op de gevel van zijn in landelijke stijl gebouwde woning. “Disse steen’n bint nog van de oale grutterie” en, wijzend op de robuuste bloembak voor het huis, ”weet ie woarum disse kei’n aan de boamkaant zo glad bint?” “Doar hebt völ leu owerhen loopn, dee hebt in ’t Gruttersgängke leagn.” Oud Borne dus, met name de Potkampstraat, ‘t Gruttersgängke. Joop gaat me er nog veel over vertellen. “Kom d’r in, dan kuiert wie wieder. Koffie?”

Voor een uitgebreid artikel over de twee locaties in Borne die beide de naam ‘Harmonie’ droegen, verwijs ik naar een artikel van Anja Tanke in Boorn & Boerschop van april 2014.

De Harmonie aan het begin van de Potkampstraat staat er deftig bij. Dat is ook weleens anders geweest. Mede dankzij de inspanningen van Joop Kroeze is dit markante pand voor Borne behouden gebleven. Voor hem persoonlijk begint de geschiedenis ervan in 1905.
Opa Willem Antonius Kamman, geboren te Almelo, is meubelmaker. Hij heeft een ”hoge rug”, een kromming in de wervelkolom en dit zorgt voor veel ongemak. Met name het politoeren van de statige kasten in de villa’s van de Spanjaards wordt een te zware last. Daar wordt hij van verlost als een meelevende arts hem adviseert om het over een andere boeg te gooien. Hij volgt de wijze raad op en besluit, met zijn broer als voorbeeld, te gaan handelen in groente.

Afb. 01: Wilhelmus Antonius Kamman met zijn groentewagen. Hij had een vaste klantenkring in de Spanjaardswijk.

Om de handel op te starten moet eerst een geschikt pand gevonden worden en zijn oog valt op De Harmonie aan de Potkampstraat, dat hij in huur krijgt van Johannes Munster uit Saasveld. Daar moet nog wel het een en ander aan gebeuren. Ervan uitgaande dat het een logement is geweest, hebben de gasten er niet veel privacy gehad. De vertrekken op de bovenverdieping zijn namelijk van elkaar gescheiden door middel van gordijnen. Willem laat er een paar fatsoenlijke muren optrekken en de kamers die daardoor ontstaan zullen zeker gebruikt gaan worden. Het voorste gedeelte van De Harmonie wordt ingericht als winkel en het achterste deel wordt woonhuis. Als Munster aangeeft dat hij het pand wil verkopen en er in de Bornsche Courant van 3 januari 1914 een advertentie verschijnt met de aankondiging dat het winkelhuis door notaris van Uden publiekelijk verkocht zal worden, is Willem er als de kippen bij. De verkoop vindt plaats in de Keizerskroon van Ensink en Willem Antonius Kamman wordt eigenaar van de Harmonie.

De Boornsen kunnen terecht in de winkel of ze krijgen de groente aan huis bezorgd door de ventende Willem, die voor de inkoop regelmatig te vinden is op de veiling in Almelo. Daar weet hij wel raad met het Pruisische geld dat de arbeiders van Spanjaard in hun loonzakje krijgen en daarmee hun groenten betalen. Een deel van de waar wordt door Kamman zelf verbouwd. Bij de ingang van de moestuin staat steevast een “greep”, die niet alleen gebruikt wordt om de aardappels te steken, maar vooral ook om de zeer agressieve haan die er rondloopt op een afstandje te houden.

Opa en oma Kamman krijgen vijf kinderen: de jongens, Willem (Wim), Bernard, Karel, Bertus (Bets) en een meisje Wilhelmina (Mientje), de moeder van Joop, die omdat ze de enige zus is, dan ook Zus wordt genoemd. Karel wordt schilder en werkt onder meer bij schildersbedrijf Linthorst aan de Ennekerdijk. Zijn vakmanschap bewijst hij door een geweldige beheersing van het ‘marmeren’, zodat hij houten ornamenten er kan laten uitzien alsof ze van echt marmer zijn gemaakt. Bertus wordt elektricien en is nog een poosje in dienst bij Vonk aan de Grotestraat.

In de taartpunt waar de Potkampstraat en de Grotestraat samenkomen is de Harmonie niet het enige pand. Het terrein is behoorlijk volgebouwd, want sinds 1896 staan daar ook al de opstallen met slagerij van B.L. Kleisen en aan de kant van de Grotestraat een winkelpand waarin Braune manufacturen verkoopt en later Truus Leurink haar winkel zal beginnen. Daarnaast staat dan weer het Kluumpershoes. Wat overblijft aan ruimte is een kleine binnenplaats, eigendom van drogist en zakenman Bé Doeschot. Dit stukje openlucht wordt door Kamman gehuurd voor de som van een rijksdaalder per jaar. Deze huurovereenkomst wordt rond 1956 afgekocht. Ook de oude slagerij is eigendom van Kamman en deze wordt onder andere gebruikt voor de opslag van aardappelen en groenten, de zolder dient als opslagplaats van hooi voor het trekpaard, dat ook nog in het pand gestald wordt. Binnenshuis is geen toilet. Als je “noar ’t huuske” moet, dan moet je dus naar buiten. De inhoud van de aldaar gevulde ton wordt ook later nog regelmatig rond de rabarber uitgestrooid.

Afb. 02: De gebroeders Kamman en Gesiena bij de “IJzeren Hond” van Wim

Als Willem komt te overlijden zetten zijn zoons Bernard en Wim de zaak voort. De taken worden verdeeld en Wim gaat de klanten langs met paard en wagen om hen van groente en fruit te voorzien, net zoals zijn vader deed, die daarvóór overigens zijn rondes deed met een hondenkar. Het gebruik daarvan is al aan banden gelegd door de Trekhondenwet van 1911 en wordt in 1962 definitief verboden. Mettertijd stappen de middenstanders die hun waren huis aan huis verkopen over op andere vervoermiddelen en de bakfiets en paard en wagen verdwijnen steeds meer uit het straatbeeld. Ook Wim Kamman neemt afscheid van zijn paard en stapt over op gemotoriseerd vervoer. Als de jongens van de Ennekerdijk hem vanuit de Brinkstaat horen aankomen, roepen ze steevast: ”Doar koomp ’t Hooe-Hooe-waagntje an,” duidend op het geluid dat de motor van zijn ‘IJzeren Hond’ voortbrengt. Thuis in de Harmonie is Wim de chef, want in de regel staat hij in het pakhuis op een gaskomfoor en een petroleumstelletje het eten klaar te maken. Er is wel een fornuis maar echtgenote Gesiena vindt dat dit niet vies mag worden. En daar is iets voor te zeggen, want met enige regelmaat laat Wim, mogelijk even bezig met andere zaken, het eten aanbranden. Soms zo heftig dat de verkoolde resten slechts met grote moeite uit de pannen te verwijderen zijn. Wims oplossing is even vernuftig als doeltreffend: hij pakt de boormachine, klemt er een opzetstuk met staalborstel in en laat de pannen blinken als nooit tevoren.

Afb. 03: Gesiena, Wim met frivole schort, nicht Josée en Bernard

Bernard bestiert de winkel en is ook vaak te vinden in de aan de overkant van de Grotestraat gelegen boomgaard en moestuin. De kwajongens en kwameisjes weten in het groeiseizoen de weg te vinden naar dit paradijs om er de verboden vruchten te plukken. De overvloed aan appels en pruimen is té verleidelijk waardoor Bernard en Wim voortdurend waakzaam moeten zijn en handelend moeten optreden. Daar is Wim wat drastischer in dan Bernard, misschien ook omdat laatstgenoemde het zelf niet ontbreekt aan enige ondeugendheid

Ook de winkel van Kamman heeft aantrekkingskracht op de jeugd, want voor een paar centen kun je er zoethout kopen. Als op een dag een paar jongens aan Bernard vragen of hij nog zoethout heeft, worden ze aangenaam verrast, want Bernard geeft het hen gratis en met een glimlach. Dapper beginnen de knapen te kauwen, maar ze merken al snel dat het hout niet bepaald lekker smaakt en er maar geen gele kwast aan te knagen is. Bernard kijkt op een afstand nog steeds glimlachend toe. Ach ja, af en toe moet je ze terugpakken! Zoals ook de jongens die midden in de zomer een paar vuurpijlen cadeau krijgen. “Hier, jongs, dee hek nog oawer van oaldjoarsdag.” Daar zijn de jongens maar wat blij mee, maar die blijdschap verdwijnt met een onverwachte harde klap voor hun voeten. De “vuurpijlen” zijn geprepareerd; gewone rotjes op stokjes gelijmd. Aan Bernards geheugen mankeert niets. Moeiteloos somt hij alle spelers op van het Nederlands elftal van elk jaartal dat hem wordt gevraagd. Hij is inderdaad voetballiefhebber en fan van …… Go Ahead in Deventer. De thuiswedstrijden bezoekt hij steevast samen met de gebroeders Van Wezel.

In de winkel wordt Bernard regelmatig geassisteerd door Zus, Mientje. Tot het moment dat Wim trouwt met Gesiena, maar die laat zich nooit in de winkel zien. Het is voor haar moeilijk de klanten aan zich te binden. Eind jaren zestig verschijnt de dochter van Zus, Josée achter de toonbank. Alleen al om charmante Joséetje zou je voor een kilootje aardappels naar de Harmonie gaan. Maar eigenlijk heeft Josée hele andere talenten. Ze kan fantastisch tekenen en schilderen. Een aantal fraaie tekeningen aan de muur van de Azelose woning bevestigen dat nog steeds. Het talent zit duidelijk in de genen, want opa Willem vervaardigde ook al sfeervolle potloodtekeningen, zoals de in 1915 achter op behangpapier getekende prent van een karakteristiek boerderijtje.
José woont in het “Brouwershuisje” aan de Marktstraat als ze op veel te jonge leeftijd op 24 januari 2000 komt te overlijden. “Mangs knip de koolde haand juust ’t meuiste bleumke kot.” (Citaat uit het gedicht dat goede vriend Gé Nijkamp schreef en voorlas bij haar afscheid).

Afb. 04: De Harmonie in de jaren ‘70, met gepleisterde muren en rechte gevel

En dan komt het Komplan. Het centrum van Borne moet drastisch worden vernieuwd en daarom moeten een aantal fraaie historische panden verdwijnen. Nee, niet de Harmonie. Die valt net buiten het plan, maar de tuinen van Kamman die langs de Bakkersteeg zijn gelegen en zich als “Het groene hart van Borne” uitstrekken tot aan de kavels van de bewoners van de Nieuwe Kerkstraat, moeten wel worden opgeofferd. Een deel is al niet meer te redden, want dit wordt door Kamman gehuurd van de Hervormde Kerk. Voor het gedeelte dat eigendom is, wordt een veel te lage prijs geboden en nu moet de poot stijf gehouden worden en de groenteboeren houden de ontwikkeling van het Komplan aldoenende tegen. Een jurist in de familie komt met een advies en dat luidt: onderling verkopen. Goede raad is duur en de gebroeders Kamman besluiten na enig overleg de grond te verkopen aan hun zwager Jozef Kroeze, man van Zus en vader van Joop. Als dan meneer Ikink, de vertegenwoordiger van de gemeente Borne, voor een hernieuwde poging tot onderhandelen weer aanklopt, wordt hij zeer onaangenaam verrast door de mededeling: “De groond is nich meer van oons, ’t is verkocht.” En dat drijft de prijs uiteindelijk op tot een redelijk niveau. Gelukkig zijn er in Borne enkele zeer betrokken mensen die opkomen voor het behoud van historische gebouwen en mede daardoor ontkomen diverse beeldbepalende en karakteristieke panden aan de slag van de slopershamer. Het komplan is uitgevoerd en het aanzien van de Markt en het Dorsetplein is in de loop der jaren sterk veranderd, maar de Harmonie staat er nog.

Als Wim de AOW-leeftijd bereikt, wordt de groentewinkel gesloten op 15 juli 1979.

Afb. 05: Terwijl de ramen worden gekit, poseert Bernard met onafscheidelijk hoedje voor de foto

Rond 1990 koopt Joop Kroeze het pand, waar de Kammans, Willem, Geziena, Karel en Bernard, tot aan hun dood toe blijven wonen. Ook tijdens de verbouwing. Deze ingrijpende operatie wordt door neef Joop in gang gezet op basis van een foto uit 1896. Terug naar een oudere staat die bijna niemand meer kent, want in 1905 is de Harmonie al eens ‘gemoderniseerd’. De toen aangebrachte stuclaag op de muren verbergt een aantal forse scheuren, ontstaan door het toenemende verkeer over de Grotestraat in combinatie met de uitermate slechte fundering. Nergens staat deze op ‘vaste grond’ en op een enkele plek zijn zelfs veldkeien gebruikt. Tijdens graafwerkzaamheden stuit men op een forse berg glaswerk in de bodem. Dat zou een bewijs kunnen zijn voor het feit dat hier een horecagelegenheid was. Meter voor meter wordt er een nieuwe stevige fundering gelegd, de muren worden afgebikt en de gevel krijgt weer de gebogen vorm van weleer. De afgebikte stenen worden stuk voor stuk gerepareerd, op kleur gebracht en gevoegd. Dat is Joop als vakman en stenenkenner bij uitstek wel toevertrouwd. De ooms volgen de werkzaamheden op de voet, maar niet om hem op de vingers te kijken. Nee integendeel, ze assisteren hem waar nodig en zijn apetrots dat Jopie hun Harmonie weer in de oude staat terugbrengt en voorziet van warme Twickelse tinten. Dat de van oom Karel geleerde technieken daarbij goed van pas komen, maakt het alleen maar mooier. Er wordt getoverd met kleuren, en zandsteen kun je, zoals Karel dat met marmer deed, natuurgetrouw imiteren. Monnikenwerk, dat is het, maar het resultaat mag er zijn en het komt verrassend dicht bij een van de encyclopedische verklaringen van het woord harmonie: overeenstemming. ‘Door kleuren en materialen – in de omgeving waar ze worden toegepast – goed op elkaar af te stemmen, wordt harmonie verkregen’.

Ab. 06: Joop Kroeze brengt de gevel steen voor steen op kleur

Na het overlijden van de ooms en tante verhuurt Joop De Harmonie aan dochter Vera en vooral op warme dagen is het terras bevolkt met blij gestemde mensen. Er wordt nog steeds geknaagd, maar dan aan ijshoorntjes. Met een beetje fantasie zie je Wim en Bernard er gebroederlijk naast elkaar zitten. Op het bankje voor hun winkeltje, de Harmonie van Kamman.

Afb. 07: De Harmonie nu. Ingrijpend gerestaureerd in de jaren ‘90

Noot

Foto’s: met dank aan Joop Kroeze, Gé Nijkamp, Heemkundevereniging Borne.

(–> naar PDF-versie van deze publicatie) (PDF-versie niet beschikbaar)

(–> naar Inhoudsopgave 2017-02)

(–> naar Boorn & Boerschop pagina)