Auteur: Redactie
De naam Borne is een reeks van jaren op zee te zien geweest. De Koninklijke Marine had namelijk een schip, een kust-mijnenveger, die met de naam Borne werd aangeduid. Het was een der 14 houten schepen uit de “Beemster klasse”. Een serie waarvan alle schepen als naam een Nederlandse plaatsnaam voerden die met een “B” begon. De klasse-aanduiding komt van het eerste schip uit deze serie die “Beemster” was gedoopt.
![](https://www.heemkundeborne.nl/wp-content/uploads/2023/08/BB-2006-02-pag-76-Afb.-01-Hr.-Ms.-Borne.jpg)
De schepen, waarvan de kiel werd gelegd in de U.S.A. in 1952, werden gebouwd op de werven van Tampa Marine Cy. in Florida. Het waren relatief kleine schepen met een lengte van iets minder dan 44 m met een breedte van 8,8 m. Bij een diepgang van 2,51 m hadden ze een waterverplaatsing van 364 ton. Met een aandrijving van twee dieselmotoren van 880 pk op 2 schroeven, kon een snelheid van 13,6 mijlen(= 25,2 km) per uur worden gehaald. De schepen werden aan Nederland overgedragen in het kader van de wederzijdse hulpverlening. De indienststelling van de Hr. Ms. Borne was op 3 december 1953 met als nummer M 850, nadat het Amerikaanse nummer 108 was verwijderd. Het schip was uitgerust met 2 luchtdoelmitrailleurs van 20 mm en had een 37 koppige bemanning.
Commandant Lt. T.H. de Meester voer met zijn bemanning het schip begin 1954 in een konvooi van 6 schepen naar Den Helder, onderweg geteisterd door een storm met windkracht 10! Ze kwamen echter alle, op 29 april 1954, behouden in Den Helder aan. De Bornse burgemeester Kaufmann heeft het schip daar nog mogen bezichtigen. De schepen werden ingedeeld in squadron 123 later in 122 in Hellevoetsluis. Na een grote onderhoudsbeurt werd de Borne in 1972 ingedeeld in squadron 31 in Vlissingen. In 1974 kwam ook daar een einde aan en werd het schip buiten dienst gesteld. Einde van een schip dat veel heeft betekend bij het mijnenvrij maken van de noordelijke handelsroute naar de Oostzee en het gebied noordelijk van de Waddenzee.
Redactie.
(–> naar PDF-versie van deze publicatie)
(–> naar Inhoudsopgave 2006-02)
(–> naar Boorn & Boerschop pagina)